DRONTEN - In het clubgebouw van de Flevo-scouts aan de Gildepenningdreef zijn gisteren vernielingen gepleegd. „De hangjeugd heeft huisgehouden”, meldt de vereniging, „Kasten en patouillekisten zijn opengebroken. Omdat er niks van waarde te halen valt is er veel vernield. Wij zitten nu wel met de rotzooi.”
„We merkten gisteravond dat er drie ruiten waren ingeslagen”, vertelt voorzitter Paul Vermast, „Dat zijn veiligheidsramen, die normaal gesproken een hard getrapte bal kunnen tegenhouden, dus er is fors geweld gebruikt om binnen te komen.”
Niets van waarde
De voorzitter kan niet inschatten of het de daders om een buit te doen is geweest: „Voor zover we op dit moment kunnen nagaan is er niets gestolen. Er valt bij scouting ook niet iets van waarde te halen. We hebben touwen, tenten, materialen om te knutselen en te spelen…”
Hij vreest dan ook dat het vooral vernielzucht en baldadigheid is geweest. „Er zijn een stuk of tien kasten opengebroken en er zijn zaken vernield. We vonden resten van chips en koekjes, dus het lijkt alsof ze binnen hebben zitten eten.”
Baldadigheid
Volgens Vermast zijn de Flevo-scouts verzekerd voor dit soort vernielingen. Een schadebedrag kan hij niet noemen: „Dat zou een slag in de lucht zijn.”
Vrijwilligers van de scoutingvereniging hebben gisteren al het een en ander opgeruimd. Vanochtend hebben ze wat zaken provisorisch gerepareerd: „De leiding van iedere speltak is hard aan de gang gegaan om de boel zo goed mogelijk op te lappen.”
Vrijwilligers
De bestuurder vindt het vooral vervelend: „Wij zijn een vrijwilligersorganisatie, we doen het allemaal in onze vrije tijd om de kinderen een leuke ochtend of middag te bezorgen.”
„Je bent als leiding en scouts met je hele ziel en zaligheid bezig om leuke dingen te doen. Daarvoor is zo’n plek belangrijk. Als dan de kasten ondersteboven liggen, dan kost dat energie en dat is jammer.”
Kinderen
Paul Vermast denkt niet dat de kinderen er veel van merken. „Misschien is het op dit moment wel een voordeel dat we toch veel buiten bezig zijn vanwege de coronamaatregelen. We zijn niet zo heel veel in het gebouw.”
