DRONTEN - De termijn van het gemeentebestuur van Dronten is precies op de helft. Het is voor B en W aanleiding om terug te kijken op de eerste twee jaar. Wethouder Ton van Amerongen (VVD) stelt dat het college al meer dan 50% van het coalitieakkoord heeft uitgevoerd.
Bij de presentatie van de ‘midden-termijn-terugblik’ laat burgemeester Jean Paul Gebben een voorzichtig puntje van kritiek horen als het gaat over de uitbreiding van het aantal BOA’s van 2,5 naar 4,5. „Een beetje te weinig wat mij betreft”, zegt hij. Voor het overige is het vooral een goednieuwsshow.
Het college heeft nog twee jaar te gaan. Ligt het accent straks op de verkiezingen?
Wethouder Ton van Amerongen (VVD): „We hebben nog heel veel op stapel staan. Het is lang niet af, er zijn nog veel uitdagingen die ik wil invullen. Ik ga niet uitbollen richting verkiezingen. Wat mij betreft staat wat ik de komende anderhalf jaar ga doen zeker niet in het teken van die verkiezingen.”
Het is vooral een lijst met hoogtepunten.
Van Amerongen: „We willen ons verantwoorden wat we gedaan hebben conform het coalitieakkoord en het collegeprogramma. We hebben aangegeven wat we hebben bereikt, wat de stand van zaken is en wat we nog willen bereiken.”
Toen dit college van B en W gevormd werd, mocht het CDA niet meedoen omdat die fractie te weinig zelfreflectie toonde. Als ik dit verhaal lees, houdt het qua zelfreflectie niet over. Is dat bewust?
Van Amerongen: „Natuurlijk zijn er ook zaken, die mij persoonlijk nog bezighouden. Het oneigenlijk grondgebruik is bijvoorbeeld een dossier dat mij best hoofdbrekens kost. En zo zijn er wel meer uitdagingen waarvan ik nog niet zeker weet in hoeverre het tot uitvoering wordt gebracht. Je hebt ook te maken met initiatieven vanuit de samenleving die wellicht niet in het coalitieakkoord staan, maar waarover je wel met de samenleving in gesprek bent. Daarbij is het nog maar de vraag of het allemaal uitgevoerd kan worden. Neem de zwembaden in Biddinghuizen en Swifterbant. Het is wat mij betreft dus beslist niet allemaal rozengeur en maneschijn.”
In de vorige termijn kon het college het laatste half jaar met twee wethouders minder toe, omdat het collegeprogramma vrijwel was afgewerkt. Hoe zitten jullie nu op schema? Is zo’n scenario van uitbuiken opnieuw denkbaar?
Wethouder Peter van Bergen (Leefbaar Dronten): „Ik had in die laatste periode zeker niet het gevoel dat we aan het uitbollen waren. Er zijn toen nog heel wat zaken opgepakt en ik herken me zeker niet in het woord uitbollen. Integendeel, er is toen bestuurlijk gezien door weinig mensen een heleboel werk verzet.”
Toch hebben jullie toen ook gezegd dat het collegeprogramma bijna was afgerond. Zitten jullie nu halverwege op 50%? Kunnen jullie dat in een percentage uitdrukken?
Van Amerongen: „Ik denk dat we iets hoger zitten dan die 50%, een stuk hoger misschien wel.”
