DRONTEN - Als de gemeente Dronten al te weinig geld van het Rijk heeft ontvangen voor de bijstandsuitkeringen, dan is dat voor een belangrijk deel eigen schuld. Dat tekort is veroorzaakt door het eigen beleid van de gemeente. Dat stelt de bestuursrechter in Utrecht in een door B en W van Dronten aangespannen rechtszaak tegen de staatssecretaris van Sociale Zaken.
Gemeenten krijgen geld van het Rijk voor uitkeringen, waaronder met name de bijstand. De gemeente Dronten hield over 2014 geld over. Voor het jaar daarop hanteerde het Rijk een nieuwe verdeelsleutel. Dat gebeurde aan de hand van een model van het Sociaal Cultureel Planbureau, waarbij de kans werd berekend dat huishoudens een beroep op de bijstand moeten doen. Dronten kreeg opeens nog maar 8,2 miljoen euro, 13% minder dan het jaar ervoor.
B en W tekenden bezwaar aan. Toen dat werd afgewezen, stapten ze naar de rechter. Deze heeft lang gewacht met het doen van een uitspraak. De bestuursrechter wilde eerst de uitkomst van vergelijkbare zaken van andere gemeenten afwachten. De afgelopen week kreeg Dronten nul op het rekest.
Samenstelling bevolking
„Wij zijn onevenredig benadeeld”, stelde de gemeente. De samenstelling van de bevolking in Dronten is volgens de gemeente anders dan in andere gemeenten. B en W wezen daarbij op het aantal huishoudtypes met een bijstandsuitkering zonder koopwoning, het aantal niet-westerse inwoners en het aantal alleenstaanden met een bijstandsuitkering.
De rechter stelt nu dat Dronten niet aannemelijk heeft gemaakt dat de situatie anders is dan in andere gemeenten. Bovendien heeft Dronten volgens de rechter geen verklaring gegeven voor het verschil tussen de toegekende budgetten en de werkelijke kosten.
Eigen beleid
De staatssecretaris stelt dat de tekorten verklaard kunnen worden door het beleid van B en W. De rechter is het daarmee eens: „Niet valt uit te sluiten dat het tekort voor de gemeente Dronten is gelegen in zijn beleid.”
Bovendien erkent de rechter dat Dronten in 2015 geld tekort kwam. Maar de rechtbank voegt daar meteen aan toe dat de gemeente over zowel 2014 als 2017 geld heeft overgehouden.
Ook het verzoek van de gemeente om helder te krijgen hoe het geld precies wordt verdeeld over de gemeente, werd door de bestuursrechter afgewezen.
