DEN HAAG - De gemeente Dronten stond in 2015 volledig in haar recht bij de afwijzing van een subsidie-aanvraag voor windpark Ansjovistocht in Dronten. De Windstroom BV uit Biddinghuizen had volgens de bestuursrechter in Den Haag subsidie aangevraagd voor andere windmolens dan waarvoor een vergunning was verkregen.
Drie jaar geleden vroeg Windstroom BV een omgevingsvergunning voor zes nieuwe windmolens met elk een vermogen van 2,3 megawatt (MW). Deze moesten zes van de zeven bestaande windmolens van windpark Ansjovistocht vervangen.
Groter vermogen
De gemeente verstrekte alle benodigde vergunningen. Vervolgens kreeg de gemeente echter een subsidie-aanvraag voor windmolens met een veel groter vermogen: 3 MW. Die andere windmolens waren wel van hetzelfde type en dezelfde afmetingen.
In de tussentijd was er voor de gemeente Dronten een nieuw windmolenbeleid vastgesteld. Het betekende dat een nieuwe vergunning van Windstroom BV voor windmolens met een groter vermogen zou zijn afgewezen.
Subsidie afgewezen
Ook de subsidie-aanvraag werd afgewezen. Het argument van de gemeente was, dat Windstroom BV geld vroeg voor andere molens dan waarvoor een omgevingsvergunning was verleend.
Het bedrijf is tegen deze uitspraak in beroep gegaan. De bestuursrechter in Den Haag heeft de gemeente Dronten gisteren in het gelijk gesteld. Ook de rechter vindt dat iemand niet een omgevingsvergunning kan aanvragen voor windmolens van 2,3 MW en vervolgens subsidie kan aanvragen voor windmolens van 3 MW. Het windpark had in haar verweer verwezen naar allerlei andere uitspraken, maar die zijn volgens de bestuursrechter niet vergelijkbaar.