DeDrontenaar.nl

Maandag, 25 november 2024

Dagelijks online, elke 2e woensdag van de maand op je deurmat in de gemeente Dronten

USRA blij dat studentenhuizen weer welkom zijn in de wijken: „In goede harmonie samen wonen”

USRA blij dat studentenhuizen weer welkom zijn in de wijken: „In goede harmonie samen wonen”
Thomas Flipsen (li.) en Evert Hofman bij het beschilderde transformatorhuisje in Dronten-noord.
Foto: ©maartenheijenk.nl
Redactie: M.H.

DRONTEN - Studentenvereniging USRA is blij dat de vergunningenstop voor studentenhuizen in Dronten is opgeheven. Nieuwe studentenwoningen zijn weer welkom in de wijken, mits er in een cirkel van 100 meter geen ander studentenhuis is. „Een hele goede ontwikkeling”, vindt USRA-voorzitter Thomas Flipsen.

De gemeenteraad heeft in juni een visie op de huisvesting van studenten vastgesteld. Daarin wordt enerzijds gesproken over grootschalige accommodaties, zoals op de campus. Anderzijds is de komst van nieuwe studentenhuizen in de wijken weer vrijgegeven.

‘Uitvliegen’

Thomas is voorstander van die combinatie van grootschalig op de campus en kleinschalig in de wijk: „De campus is prima voor het eerste jaar, om je medestudenten te leren kennen en overal van te proeven en te ruiken. Het is goed om daarna uit te vliegen naar een ‘echt’ studentenhuis in de wijk. Daar leer je zelfstandigheid en draag je meer verantwoordelijkheid, ook naar de buurt toe.”

We spreken Flipsen samen met oud-voorzitter Evert Hofman tijdens de onthulling van een kunstwerk in Dronten-noord. Het is één van de initiatieven van het wijkcomité, waarin ook Dianne van Raalte en Martijn van Lith namens het USRA-bestuur zitting hebben. Dat comité streeft naar meer binding tussen studenten en de overige buurtbewoners. „Op die manier kweek je goodwill en ontstaat er onderling respect”, denkt Thomas.

Goed overleg

In Dronten-noord wonen volgens de gemeente te veel studenten dichtbij elkaar en dat leidt tot overlast. Wethouder Peter van Bergen wil daarom studentenwoningen uitkopen. Thomas is het daar niet mee eens. Hij ziet liever dat studenten en overige wijkbewoners in goed overleg proberen de wijk leefbaar te houden.

Evert Hofman merkt dat de inzet van het wijkcomité de afgelopen maanden al tot veel meer begrip heeft geleid. Hij herinnert zich een mevrouw, die steen en been klaagde over studenten, maar toch aanschoof voor een pannenkoek op het wijkfeest in november. Ze kwam met studenten in gesprek, ze gingen bij elkaar op de koffie en ze nodigde de studenten uiteindelijk zelfs uit voor het avondeten.

„Dan merk je: als we open staan voor elkaar, dan kun je er met z’n alles wat moois van maken”, glundert de oud-voorzitter.„Je leeft met elkaar in één wijk”, vult zijn opvolger aan, „De insteek is om het voor iedereen leefbaar te houden. Met elkaar en in goede harmonie samen wonen in Dronten-noord, dáár gaat het om.”

Hardhorend

Tegelijkertijd beseft Evert dat sommige studenten hardhorend zijn. De USRA-bestuurders vinden het prima als er resoluut wordt opgetreden tegen studenten die het ‘verklooien’ voor de rest: „Wij zeggen: je kunt hier wonen, je kunt meewerken aan een leuk contact met de buren, we doen het samen. En als je dat niet doet, dan ga je maar weg, dan ligt het helemaal aan jezelf. Zo simpel is het.”

De USRA-bestuurders vinden dat de wethouder hen goed betrokken heeft bij het nieuwe huisvestingsbeleid: „Gelukkig is er naar ons geluisterd, want in het begin stonden er wat dingen in, waar in onze ogen niks van klopte.” Zo heeft USRA gewezen op het belang van voldoende parkeerruimte: „Want agrarische studenten gaan vaak naar huis om mee te helpen. Daardoor heeft bijna iedereen een auto. Dat is iets waar je rekening mee moet houden.”

Op de campus

Over het wonen op de campus zeggen Thomas en Evert dat ze er niet meer willen wonen. Maar ze beseffen dat de groei van de Aeres Hogeschool grootschalige huisvesting noodzakelijk maakt. Hofman vindt de nieuwbouw op de campus prima, maar voegt er wel aan toe dat goed beheer noodzakelijk is: „Veel studenten dichtop elkaar, dat kan alleen als er controle is. Dat klinkt heel kinderachtig, maar vooral de eerstejaars gaan toch proeven en ruiken aan het studentenleven.”

Net zoals in de wijken moet daarom ook op de campus gewaakt worden voor de leefbaarheid en de harmonie met de naastgelegen wijk: „Als je niet uitkijkt is er altijd lawaai. Een beheerder hoeft helemaal niet als een politieagent op te treden. Dat kan ook op een leuke, interactieve manier. Dan komt het wel goed.”

Studentenhuisvesting