DeDrontenaar.nl

Zondag, 10 november 2024

Dagelijks online, elke 2e woensdag van de maand op je deurmat in de gemeente Dronten

Aeres Hogeschool viert 50-jarig bestaan samen met de Drontenaren: „Ik geniet ervan”

Aeres Hogeschool viert 50-jarig bestaan samen met de Drontenaren: „Ik geniet ervan”
Directeur Rieke de Vlieger (links) en wethouder Irene Korting (2e van links) in gesprek met een student.
Foto: ©maartenheijenk.nl
Redactie: M.H.

DRONTEN - Vele tientallen inwoners van Dronten brachten vandaag een bezoek aan de Aeres Hogeschool. In het kader van het 50-jarig bestaan hield de school eens een keer een open huis niet voor aankomende studenten, maar voor omwonenden. Directeur Rieke de Vlieger genoot van alle belangstelling en de positieve reacties.

Waarom een open dag speciaal voor de inwoners van Dronten?
Rieke de Vlieger: „Omdat Aeres Hogeschool vijftig jaar in Dronten is en dat willen we delen met de inwoners van Dronten.”

Jullie meeste open dagen zijn bedoeld om studenten te werven, wat levert deze dag op?
„Dat klopt, deze dag kost ons als medewerkers heel veel tijd. Het kost ook geld, want er is van alles te doen, te eten en te drinken. We doen dit echt voor de inwoners van Dronten, zodat zij kunnen meemaken wat Aeres Hogeschool Dronten is. Ze kunnen het gebouw in, kunnen onze bedrijven bekijken en er is heel veel te doen voor kinderen.”

Hoe reageren de Drontenaren?
„Goed! Ik sprak iemand die zei: ik ben één van jullie buren en ik kom eens kijken. Er zijn oudere mensen, maar ook veel mensen met kleine kinderen. Het is heel leuk, heel gevarieerd. Fijn vooral dat er zoveel bezoekers zijn. Ik geniet ervan.”

Worden de ogen van de mensen geopend, zien ze dingen die ze niet hadden verwacht?
„Dat weet ik niet. Het is meer van: ik kijk heel vaak tegen dat gebouw van jullie aan en nu wilde ik er wel eens ìn, kijken wat jullie allemaal doen.”

Als het in Dronten over jullie school gaat, dan gaat het vaak over ‘gedoe’ rond studentenhuisvesting. Hopen jullie de Drontenaren ook een beetje voor je te winnen?
„We willen wel laten zien wat die hogeschool is en doet, zodat het niet alleen maar over overlast van studenten in sommige delen van Dronten gaat. We laten zien dat die hogeschool ook heel veel kan brengen voor Dronten.”

Waar moeten we dan aan denken?
„Een groot deel van de studenten woont in Dronten, een groot deel van onze medewerkers woont in Dronten, dus de middenstand en het bedrijfsleven hebben er bijvoorbeeld iets aan dat deze hogeschool er is. Ook qua thema passen wij heel goed bij de visie van de gemeente Dronten: dat agrofood is iets waar wij gezamenlijk voor staan. Als school en als gemeente profileren wij ons samen naar de buitenwereld.”

Wat merken jullie ervan dat de gemeente zich steeds meer profileren als agrofoodgemeente?
„We zijn goed met elkaar in gesprek, we doen allerlei dingen samen, we brengen elkaar in contact met bedrijven in Dronten of daarbuiten. Dat is veel meer dan vijf of tien jaar geleden.”

Levert dat ook concreet iets op voor jullie school of voor Dronten?
„Ik denk dat het qua profiel voor allebei iets oplevert. Onze profielen worden door die samenwerking steeds scherper. Ons eigen profiel is heel scherp: het gaat hier over agrofood en ondernemen. Dat doen we samen met allerlei bedrijven in de regio en daar komen studenten op af.”

Hoe gaat het in z’n algemeenheid met Aeres Hogeschool Dronten?
„Goed! We krijgen hele goede beoordelingen, we staan goed bekend wat betreft ons onderwijs en ons onderzoek. In onze jaarlijkse enquête zien we dat de studenten tevreden zijn en ook onze afgestudeerden zijn tevreden. Ik zeg het uit m’n hoofd, maar 86% van onze afgestudeerden zegt: wat ik nu doe sluit heel goed aan bij mijn studie. Dat percentage ligt veel hoger dan het landelijk gemiddelde.”

Jullie groeien ook nog steeds?
„Ja, we zitten het komend jaar ergens tussen de 2.300 en 2.400. Er zijn ook iets meer eerstejaars dan vorig jaar.”

Zitten er grenzen aan die groei?
„Officieel niet, want wij moeten iedereen die de juiste vooropleiding heeft aannemen. Een numerus fixus kan niet als het gebouw te klein is ofzo. Dat kan alleen als de arbeidsmarkt de afgestudeerden niet kan opnemen. En daar is geen sprake van, want wij hebben een héél laag werkloosheidspercentage. Dat is maar iets meer dan 1 procent. Je kunt dus bijna zeggen dat we een baangarantie geven.”